Denk aleer gij doende zijt...

Dogboek > Denk aleer gij doende zijt...

Deze gedachte moet bij ons opkomen als we eraan denken dat we een hond willen. Omdat we een levend wezen bij ons willen hebben dat reageert op onze manier van denken en doen, moet hier niet te lichtvaardig overheen gewalst worden. De omgeving waarin het dier zal komen, zal zich toch op een bepaalde manier moeten aanpassen aan de hond. Natuurlijk, de hond moet zich aanpassen aan ons roedel. Hij moet weten dat hij in ons roedel de laagste in rang is. Maar dit betekent voor ons dat wij hem moeten opvoeden in die richting. Als wij niet gewend zijn om consequent op te treden, moeten wij toch onze stijl veranderen naar de hond toe. Een hond raakt namelijk in opperste verwarring als hij vandaag iets wel mag en morgen mag het niet meer. Een vast patroon geven aan de hond is dan ook uiterst belangrijk, maar dat moet de hondenopvoeder wel kunnen opbrengen. Bovendien, als de hond in een gezin met meerdere mensen komt, moeten die mensen allemaal dezelfde gedragsregels ten opzichte van de hond in acht nemen. Dit vergt van de mensen dat ze afspraken vooraf maken over de commando's die aan de hond gegeven gaan worden. Het moet niet zo zijn dat de een voor liggen het commando 'af' gebruikt, nummer twee het commando 'liggen' en nummer drie het commando 'down'. Dit zou eventueel nog kunnen als een en ander gepaard gaat met een uitnodigende armbeweging naar de grond toe, maar dan moet de hond al enige ervaring hebben met de lichaamstaal van de opvoeder(s). Een hond is geen taalkundige en daarom moet er 1 duidelijk commando klinken, zodat erg geen verwarring ontstaat. Nogmaals, dat consequent zijn moet door veel mensen aangeleerd worden en als je niet zo in elkaar zit, moet je eigenlijk een beetje sleutelen aan je eigen optreden.
Waar verder aan gedacht moet worden, is dat een hond wel eens ziek kan worden of een ongeluk kan krijgen. Afgezien van het feit dat hij dan diergeneeskundig moet worden behandeld en dat dit (veel) geld gaat kosten, is er nog iets dat voor veel mensen een probleem vormt. Je moet er namelijk tegen kunnen dat je jouw hond ziet lijden en als dat zo is, op het juiste moment hulp bieden of laten bieden en niet in paniek raken. Er kan dus van de hondenbaas verwacht worden dat deze een moment keihard moet zijn om zijn jankende hond hulp te bieden. Aan een twijfelende baas heeft een hond op dat moment niets.
Voor een gezin geldt dat iedereen het met de komst van de hond eens is. Er moet niet iemand zijn die panisch is voor honden of vuil. Als dat wel zo is, wordt het meestal een mislukking. Voor iemand die alleen woont (maar overigens wel genoeg vrije tijd heeft), is het van groot belang vooraf te bedenken of er mensen om hem of haar heen zijn die de hond bij ziekte of bij afwezigheid kunnen en willen verzorgen.
Het spreekt vanzelf dat iemand die alleen is, over een zodanige lichamelijke conditie moet beschikken dat deze wel met de hond een grote dagelijkse wandeling kan maken. In een gezin moeten er meerdere mensen zijn die dit op zich willen nemen. Degelijke vragen slaan op persoonlijke omstandigheden en dienen net zo goed aan de orde te komen als de vragen die iedereen stelt over: beschikbare tijd, vakantieopvang, het financiƫle plaatje of behuizing.
Wat dit laatste betreft: het zal de hond een zorg zijn of hij nu met u in een kathedraal of in een kippenhok woont. Zolang hij aandacht krijgt is dat voor hem voldoende. Zoals u merkt is de titel van dit stukje op zijn plaats al wil ik hem eigenlijk wel aanvullen met de opmerking ...en doende, denk dan nog.

Door honden page profiel Bert NieuwenhuisBert Nieuwenhuis op 28 september om 10:40



 

Laat een reactie achter

Om een reactie achter te laten moet je eerst even inloggen!

 

^