Er staat een puber in de gang

Dogboek > Er staat een puber in de gang

Pepijn is aan het puberen. Van een klein, lief, stuiterend pupseltje is hij nu getransformeerd in een dwarse, stronteigenwijze, slungelige (jaja, geloof het of niet, maar zelfs een knakworst op poten is slungelig in de puberteit) 10 kilo zware stuiterbal/standbeeld. Dit laatste is er van afhankelijk of ik wil dat hij stil blijft staan of juist beweegt. Uiteraard kiest mijn puberale etterbuil dan voor het tegenovergestelde.

Zijn favoriete spelletje van het moment is het zogenaamde “ganghangen”. Na iedere wandeling is het weer raak: Pepijn wil niet uit de gang. In het midden van de gang hangt er namelijk een centrale verwarming aan de muur. En op die verwarming liggen mijn handschoenen. En als er hier íéts in huis is wat die kleine draak wil hebben, dan zijn het wel mijn handschoenen.

Afijn, het is weer zover: hij zit in de gang, náást de verwarming uiteraard, en weigert om er uit te komen. Hij zit daar met een compleet uitgestreken smoelwerk alsof hij wil zeggen: “Ga jij maar naar binnen hoor. Ik blijf hier wel gewoon zitten. Ik doe hélemaal niets, ben gewoon aan het zitten.” Jaja, ik ken hem langer dan vandaag, het uitgekookte monster. Het spelletje gaat beginnen…

Ik loop de woonkamer in en roep vrolijk: “Kom maar, Pepijn!” Geen beweging. Hij kijkt me niet eens áán. Stoïcijns kijkt hij de andere kant op en doet hij net alsof ik niet besta. Ik probeer het nogmaals op mijn allervrolijkst: Pepijntje, kom je hier?! Langzaam draait hij zijn kop naar mij toe. Hij kijkt alsof hij me voor het eerst ziet. Lastig, zo’n mens in huis… Hij trekt een fronsend koppie: “Huh? Had je het tegen míj?” “Ja, jou bedoel ik ja. Sjongejonge kom hier, kleine aap!” Geen reactie natuurlijk. Ik besluit de koekjestroef in te zetten en zeg met een inmiddels licht geïrriteerde ondertoon: “Pepijn, kom je hier? Lekker kóékje!”

Ik hoor getrippel, een bek die met iets te veel geluid wordt afgelikt en voel een neus tegen mijn been. Karel. “Dag moppie, koekie krijg je zo, eerst moet Pep even uit de gang komen”, zeg ik tegen hem. Met een zucht laat Karel zich languit op de grond vallen. Ik bedenk me dat het toch eigenlijk te zot voor woorden is: “Kom hier” lijken ze 9 van de 10 keer ‘niet te snappen’, hun naam vergeten ze 80% van de tijd spontaan, maar een complete volzin waar het woord ‘koekie’ in voorkomt lever geen enkel probleem op. Rare jongens, die teckels.

Maar goed, Pepijn houdt zich nog steeds van de domme. Handschoenen winnen het blijkbaar van koekjes. Ik doe het licht uit in de gang, misschien vindt hij het er dan minder leuk. Het doet hem niets, hij gaat alleen nog wat luier tegen de verwarming aan hangen. Ik heb een onvervalste hangjongere in de gang,

Ik probeer een andere aanpak. Gewoon duidelijke taal, dat helpt vast. Met rustige, neutrale stem zeg ik: “Pepijn, hier, nu.” In het donker houdt Pepijn zijn kop zo schuin als maar kan: “Húh? Watte?!” Koppie draait de andere kant op: “Ik snap jou echt niet hoor, vrouwtje.” Rotjoch.

Ik ben eigenlijk een beetje klaar met dit spelletje en twijfel even om voor de makkelijke aanpak te kiezen: Pepijn oppakken en de woonkamer in pleuren. Ik ken dit monstertje (zijn ‘ik-moet-bijna-voor-het-eerst-geplukt-worden-en-nu-staat-mijn-haar-alle-kanten-op-look’ past wel bij zijn houding op het moment bedenk ik me tussendoor) echter al langer dan vandaag en ik weet dat ik, als ik dat doe, waarschijnlijk nog maanden aan dit gedoe vast zit. Ik kies dus toch maar weer voor iets anders en zeg: “Nou Pepijn, veel plezier in de gang, dááááág!” Ik kwak de deur dicht, maar blijf wel staan luisteren. Ik bedacht me net iets te laat dat hij nu niet alleen zijn gang kan gaan met mijn handschoenen, maar dat mijn gehele schoenencollectie ook open en bloot in dezelfde gang staat als waar ik net mijn stoute pubertje heb opgesloten. Lekker bezig…

Op de gang blijft het doodstil en als ik na 5 minuten toch maar weer eens de deur open doe, zit Pepijn nog altijd in dezelfde houding tegen de verwarming aan geleund. Hij is totáál niet onder de indruk van het feit dat ik hem net in het donker in de gang heb laten zitten. Met de droogste kop die ik ooit gezien heb kijkt hij me aan: “Ik zéí toch al dat ik hier gewoon lekker wilde zitten, vrouw.” Karel blaft eens chagrijnig naar Pepijn, want hij ziet dat beloofde koekje al bijna aan hem voorbij gaan door het gebakkelei van zijn puberbroertje. Ik weet niet meer wat te doen. Ik wil potverdikkie gewoon lekker op de bank zitten en wel nu. Maar nee hoor, wat doe ik? Ik laat me weer in de maling nemen door een onvervalste relteckel.

Vanuit de deuropening roep ik nog eens: “Wat ben je nou aan het doen dan?!” Hup, koppie weer schuin, verfomfaaid bekkie er bij, ogen groot van onbegrip: “Húh? Watte? Ik snap ’t niet…” Dit wordt een gebed zonder eind. Hij is niet van plan om uit de gang te komen en ik ben niet van plan om hem nogmaals op te sluiten en ongestoord zijn gang te laten gaan met mijn handschoenen. Ik loop op hem af en wil me bukken om hem op te pakken. Op hetzelfde moment springt Pepijn recht omhoog, grijpt met zijn bek de handschoenen van de verwarming, glipt onder mijn armen door en stuift zo gang uit en de woonkamer in.

Dit keer ben ik degene die verdwaasd in de gang blijft staan. Karel staat nu druk kwispelend in de deuropening en blaft een paar keer vol spanning naar me: “Pak hem dan! Pak hem dan!” Ik loop inderdaad maar weer de woonkamer in en probeer Pepijn te vangen die, met mijn handschoenen, onder tafel verstopt zit. Karel sjeest al loeiend van spanning achter me aan. Dit is veel beter dan een koekje! Ik grijp Pepijn bij zijn kladden en zeg luid en duidelijk: “Los!” Met grote verontwaardige ogen laat hij de handschoenen prompt los: “Nou, je hoeft heus niet zo heel hard tegen mij te praten hoor. Ik laat ze echt wel los hoor, vrouw. Ik ben hartstikke braaf altijd.”

Ik pak de handschoenen op en leg ze weer terug in de gang op de verwarming. Ik loop naar de keuken om wat te drinken te pakken. Zodra ik me omdraai en eindelijk naar de bank wil lopen om daar lekker op neer te ploffen, struikel ik bijna over twee teckelmeneren heen die allebei keurig netjes naast elkaar zitten en smachtend naar me omhoog kijken: “Waar is nou dat koekie?!?!”

Door honden page profiel L, K & PL, K & P op 02 mei om 14:58



Super!

Whahahhhahahahahhahahhaa schitterend geschreven :D

 

Laat een reactie achter

Om een reactie achter te laten moet je eerst even inloggen!

 

De HondenPage maakt gebruik van cookies. Dit zorgt er voor dat onze website voor jou als bezoeker beter werkt. Daarnaast gebruiken wij o.a. cookies voor onze webstatistieken en advertenties.info / verbergen en toestaan
^