De puppy en de jonge hond

honden encyclopedie > De puppy en de jonge hond

door honden page profiel rob van daalrob van daal

De puppy en de jonge hond

De Puppy en de Jonge Hond- Over Opgroeien –
Turid Rugaas
Vertaling Els Selbach
Puppies, opgevoed door hun eigen soort, worden perfecte honden.
Wolven, die wolvenpuppies opvoeden, leveren perfecte wolven af, die voorbereid zijn op een
bestaan als 'overlevers'.
Hoe komt het dat puppies die door mensen worden opgevoed, in de problemen raken?
Ten eerste gunnen wij de puppies geen natuurlijke opvoeding die ze wel zouden en moeten krijgen
als ze waren grootgebracht door andere honden.
Ten tweede verwachten wij van de hond dat hij onze regels respecteert, regels die vaak voor de
hond geen enkele betekenis hebben. Wij houden geen rekening met de leeftijd van de hond, noch
met zijn ontwikkelingsfasen en mogelijkheden. Het resultaat is dat de hond er niet aan onze te
hoge verwachtingen kan voldoen.
Puppies die opgroeien temidden van hun soortgenoten leren geleidelijk aan zelfcontrole te
ontwikkelen, iets dat ze nodig zullen hebben als volwassen honden. En ze leren dit heel goed! Als
volwassen hond hebben zij alle zelfcontrole verworven die nodig is om te overleven. Onze taak is
om puppies op eenzelfde manier op te voeden, op een natuurlijke wijze, zoals hun ouders het ook
hadden gedaan vanaf de geboorte tot aan de volwassenheid.
Puppy vergunning
De eerste en belangrijkste fout die wij, als puppy eigenaren maken, is dat we een te hoog
verwachtingspatroon hebben en te veel eisen aan de pup stellen. Een puppy kan hieraan nooit
voldoen. In de natuur en daar waar honden op een natuurlijke wijze mogen opgroeien in een
roedel, leren ze geleidelijk zichzelf te beheersen. Tot ze ongeveer 16-20 weken oud zijn, hebben
zij een zogenaamde 'puppy vergunning'. Ze dartelen met hun 'puppy vergunning' rond en zeggen:
'Na-na-nanana, ik luister lekker toch niet, want ik heb een 'puppy vergunning'. We zien vaak dat
puppies misbruik maken van deze 'puppy vergunning'. Ze pesten de volwassen honden en het is
bijna alsof ze een boosaardige flonkering in hun ogen hebben. Gedurende deze periode laten de
volwassen honden met ongelofelijk veel geduld de puppies hun gang gaan.
Wanneer de pups 16-20 weken oud zijn, verloopt de vergunning. Nu moeten de pups geleidelijk
aan leren om zichzelf te beheersen en om zich respectvol te gedragen. De vele fouten en
vergissingen worden hen nog steeds vergeven, want ze zijn per slot van rekening nog niet
volwassen. De volwassenheid zal met de tijd en met de nodige ervaring op een natuurlijke wijze
tot stand komen.
Het mag verwarrend lijken dat een pup slechts binnen enkele dagen van de ene ontwikkelingsfase
naar de andere gaat, maar we moeten onthouden dat ze in minder dan twee jaar van een puppy
opgroeien tot een volwassen hond. Als vergelijk: mensen hebben 20 jaar nodig voordat ze zich
volwassenen kunnen noemen en velen hebben zelfs meer tijd nodig.
De jonge hond
Wanneer de puppytijd eenmaal voorbij is, begint de puberteit. Deze bestaat uit verschillende
fasen en duurt tot ongeveer het tweede levensjaar. Soms duurt het langer, soms korter.
Jonge honden zijn zoals jonge mensen:
- Ze houden van actie en snelheid.
- Ze zijn snel verveeld wanneer er niets gebeurt.
- Ze hebben totaal geen zelfcontrole.
- Ze kunnen zichzelf niet beheersen wanneer er iets opwindends gebeurt. Dit gedrag zie je ook bij kinderen die een brandweerwagen zien of honden die een konijn ruiken.
- Hun vaardigheid om zich gedurende een langere tijd te concentreren is niet groot. Terwijl kinderen 'vergeten' onmiddellijk na school naar huis te komen, vergeet een jonge hond wat je
hem 10 seconden eerder hebt gevraagd te doen. Ze zijn het liefst met andere honden van
dezelfde leeftijd of dezelfde interesses.
- Ze spelen liever dan dat ze andere dingen doen.
- Ze vinden drillen vervelend en het ontneemt hen de lust tot leren. Jongen honden moeten opgevoed worden, maar wel in korte en leuke sessies, zodat ze geconcentreerd kunnen blijven en er niet genoeg van krijgen. Aan hun behoeften tot activiteiten kan voldaan worden doorkorte en gemakkelijke oefensessies op een eenvoudig behendigheidsparcours, tijdens een herhalingstraining of tijdens wandelingen in het bos. Daarnaast kun je ook denken aan neuswerk, het samenzijn of spelen met andere honden.
- Ze moeten geleidelijk aan leren zichzelf te beheersen, dus stapje voor stapje. Bijvoorbeeld door van de hond te verwachten dat hij geleidelijk aan een oefening langer kan doen, zoals de zit-blijf' oefening: 2 seconden, 5 seconden, 10 seconden etc.
- Wees begripvol wanneer de hond zijn concentratie verliest, las een pauze in zodat hij zijn aandacht weer op de oefening kan richten en help hem om de oefening opnieuw voort te zetten.
- Laat de opgroeiende hond omgaan met andere honden, dit is erg belangrijk!
- Vermijd lange oefensessies, het eindeloos herhalen van dezelfde oefening of straf, zodat de hond niet te moe wordt en geen zin meer heeft in de oefening.
- Socialisatie: het leren omgaan met mensen en dieren is belangrijk. Leer de hond om te gaan met allerlei situaties in een wisselende omgeving. Stel de hond geleidelijk bloot aan nieuwe dingen. Ga niet meteen met een pup naar een vol schoolplein: laat de hond die drukte eerst van een afstand van zo'n 100 meter bekijken en laat hem eens rondsnuffelen op een leeg schoolplein. Alles in kleine stapjes en op een zo natuurlijk mogelijke manier.

- Oefen middels leuke activiteiten zoals het leren van kunstjes, apporteren, zoeken, of een spoor vervolgen.
We moeten in gedachten houden dat honden sociale wezens zijn die moeten leren wat
communicatie, correct gedrag en zelfcontrole inhoudt. En ze leren, beetje bij beetje, precies
zoals mensen gedurende de kindertijd en de puberteit. Wie heeft er ooit een kind van vier of zes
jaar gezien met zelfbeheersing? Wanneer een kind van die leeftijd buiten zinnen raakt, heeft
het geen enkele zin met hem of haar op redelijke wijze te praten. Om te proberen hen iets te
leren terwijl ze over hun toeren zijn, is hopeloos. We moeten hen eerst kalmeren, voordat we
proberen ze iets te leren.
Wanneer hondeneigenaren naar een cursus komen met een jonge hond, 'een zesjarige', zal de
hond gemakkelijk te opgewonden raken. Dit wordt veroorzaakt door de aanwezigheid van nieuwe
honden, mensen, een nieuwe plek, of een nieuwe situatie. Tegelijkertijd verlangt de cursus dat de
hond en de eigenaar een nauwgezet oefenprogramma volgen. Daarbij komt dat het programma
veel te lang duurt voor een jonge hond. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de 'zesjarige'
opgewonden wordt en zelfs over de toeren raakt. Vele hondeneigenaren stoppen met deze
cursussen omdat hun honden impulsief en opgewonden zijn tijdens de cursus. Ze zijn niet
'onhandelbaar' zoals misschien tegen de eigenaren wordt gezegd, maar hun stress niveau is
maximaal en het niveau van zelfcontrole minimaal. Natuurlijk! Ze zijn nog veel te jong om met dit
soort situaties te kunnen omgaan. Het is gedoemd te mislukken.
Het gebruik van geweld of dwang om de hond te laten luisteren in zo'n situatie zal de boel niet
verbeteren. Integendeel, als de hond al niet over zijn toeren is, dan wordt hij het wel wanneer
we dwang gebruiken en onvriendelijk zijn. Het is niet onze taak om de eisen aan de jonge hond zo
moeilijk te maken. Wanneer de hond een situatie niet aan kan, dan kan hij deze gewoon niet aan,
punt uit. We kunnen voorkomen dat de hond over zijn toeren raakt door te leren hem en zijn
emotionele stemmingen te observeren. We moeten leren te onderkennen dat de spanning aan het
oplopen is; dit is het moment om te stoppen waarmee we bezig waren. We moeten dit doen vóór
de hond het niveau van stress en opgewondenheid heeft bereikt waarin hij niet meer in staat is
om te communiceren en te leren.
Voorkomen
Voorkomen is het sleutelbegrip. Voorkom dat de hond gestresst raakt door:
- De training tijdig te stoppen.
- Niet bedreigend te handelen.
- De lijn slap te houden, zo slap dat de lijn naar beneden hangt, anders zal de hond de druk van de riem voelen. Denk eraan dat een strakke lijn de snelste manier is om het niveau van agressie te laten stijgen.
- Ga het gevecht met de hond niet aan. Blijf kalm en beheerst. Hoe zou de hond moeten leren zichzelf te beheersen, wanneer u zelf niet het goede voorbeeld geeft?
- Wanneer de hond 'met deuren smijt' De jonge hond is in een overgangsfase, er moet veel ontdekt en uitgeprobeerd worden. Laat de hond het allemaal ontdekken. Laat hem aan het leven ruiken, laat hem ontdekken hoe de dingen in elkaar steken. Het is helemaal onschuldig. We moeten grenzen stellen, maar zorg ervoor dat ze zo gesteld worden dat de hond geen gevangene is, zonder de vrijheid om actief te zijn en de
dingen zelf uit te zoeken. Zou hij moeilijk, zogenaamd koppig of vervelend worden, dan komt dat niet omdat hij van plan was het leiderschap over te nemen, maar om te ontdekken en uit te zoeken hoe de dingen werken. De jonge hond probeert niet 'de baas over ons te worden', hij denkt er zelfs niet eens over na. maar hij moet dingen uitzoeken om te zien welke soort reacties hij krijgt. Reageer beheerst! Het is voldoende dat u uw rug naar de hond toekeert en hem negeert, dit zegt meer dan duizend woorden. De rug toekeren en de opgroeiende hond negeren, is precies wat een volwassen hond zou doen.
Onder geen enkel beding mag u gewelddadig worden tegen de hond, vermijd agressief gedrag
zoals het schudden aan het nekvel, het bij de kop pakken terwijl u hem in de ogen kijkt of andere
wrede en angstaanjagende strafmethodes. Let op hoe zelfverzekerde, volwassen honden het
doen en kopieer hun gedrag. Volwassen honden laten de jonge hond het weten, zonder
gewelddadig te worden, ze keren hem de rug toe en lopen weg. Ze kunnen blaffen en een grom
geven, maar nooit meer dan dat.
Gromt uw hond? Geweldig! Dit betekent dat hij hiervoor niet is gestraft en hij niet murw is
gemaakt. De hond heeft een natuurlijk deel van zijn manier van communiceren behouden.
Grommen is niet gevaarlijk, het is gewoon een manier om anderen te laten weten dat hij zich niet
op zijn gemak voelt. Het is een afstandsvergrotend signaal, een waarschuwing, waar je naar moet
luisteren.
Wanneer de hond gromt, grauwt of hapt
1. Was het iets dat u deed waardoor de hond geprovoceerd werd? Als dat zo is, houd op met
provoceren. Provocaties kunnen o.a. bestaan uit: aan de riem rukken, schreeuwen, schelden,
de hond bij zijn nekvel pakken, de hond opzij duwen, de hond knijpen, voedsel wegnemen van
de hond, de hond storen in zijn slaap of wanneer hij aan het rusten is, commando's geven met
een boze stem, te veel van de hond eisen, de hond kort houden, aan de riem trekken, de hond
pesten, over hem heen buigen en recht op een hond aflopen die aangelijnd is.
2. Was de hond ergens bang voor? Vermijd dan dat hij weer bang wordt, anders zal zijn
verdedigingsreactie alleen maar sterker en sterker worden.
3. Doet hij het alleen maar om te ontdekken wat uw reactie zal zijn? Draai uw rug naar hem toe!
Hij zal het onmiddellijk opgeven. In een situatie zoals deze moet minstens een van uw beiden
rustig blijven. Bovendien is het een gegeven dat de meeste conflicten tussen honden en hun
eigenaren voortkomen uit een poging de hond te domineren en niet andersom.
Om zelfcontrole te leren, zal de jonge hond een leerproces moeten doorlopen. We kunnen hem
helpen door enkele eisen aan onszelf te stellen:
1. Afhankelijk van de situatie is het adrenaline gehalte in zijn lijf hoog en tegelijkertijd maakt
dit de hond ongemakkelijk, omdat hij niet weet wat hoe hij hiermee moet omgaan. We kunnen
de hond duidelijk maken hoe hij controle kan krijgen over de situatie.
2. Beweeg langzaam. Gebruik kalme en langzame lichaamsbewegingen. Spreek kalm en zachtjes.
Uw lichaamstaal en houding zullen de hond overtuigen.
3. Verwar zelfcontrole niet met lijfelijke dwang. Zelfcontrole is vrijwillig terwijl lijfelijke
dwang dat niet is. De reactie op lijfelijke straf zal enkel een verhoogd stress niveau zijn.
4. Oefen zelfcontrole in allerlei situaties. Oefen in het begin op plekken waar geen afleiding is,
oefen in korte sessies en met een losse lijn. Zorg dat de hond plezier heeft in wat hij doet.
Laat de hond niet teveel zitten, de spieren zullen moe worden en pijn gaan doen van het te
lang zitten.
We hebben ook nog andere hulpmiddelen, bijvoorbeeld de kalmerende signalen en het belonen van
de hond voor goed gedrag, om er maar een paar te noemen. Op een dag zult u een volwassen hond
hebben die weet hoe hij zich moet gedragen, die zelfcontrole heeft en die gewillig is samen te
werken. Die dag zal komen wanneer u uw hond opvoedt met het stellen van geleidelijk hogere
eisen die hij aankan. Houd er rekening mee dat uw hond tijd nodig heeft om op te groeien,
precies zoals wij.

 

^