Op vakantie in het buitenland met je hond(en)
honden encyclopedie >
Op vakantie in het buitenland met je hond(en)
door
Op vakantie in het buitenland met je hond(en)
Als u uw hond of kat wilt meenemen naar het buitenland, moet u zich heel goed voorbereiden. Een ander land heeft andere regels en er heersen andere ziekten. U leest ondermeer welke inentingen vereist zijn, welke risico's uw huisdier loopt en wat u daar tegen kunt doen.
Voordat u op vakantie gaat: In landen als Engeland, Noorwegen en Zweden golden voorheen strenge quarantaine maatregelen. Deze landen hebben inmiddels hun eisen versoepeld. Toch bestaan er nog tal van eisen waaraan uw dier moet voldoen. Eén van die bepalingen is bijvoorbeeld dat uw huisdier, na de enting tegen hondsdolheid, ook nog een bloedtest moet ondergaan om te kijken of de bescherming tegen rabiës wel voldoende is. Daarnaast is er voor sommige landen een speciale gezondheidsverklaring nodig. Uw huisdier moet binnen een bepaalde tijd voor vertrek ook te worden ontwormd en tegen vlooien worden behandeld. Dit mag u niet zelf doen, maar dient te gebeuren door de dierenarts. Uw huisdier moet een chip hebben. De chipcodes zijn internationaal, zodat u te achterhalen bent als uw huisdier bijvoorbeeld wegloopt. Omdat de bepalingen van land tot land verschillen is het erg verstandig hier tijdig naar te informeren. Voor Engeland raden we aan dat acht maanden van te voren te doen. Voor Noorwegen en Zweden is zes maanden voldoende. Vergeet ook niet na te vragen wat de eisen zijn van de landen waar u, op weg naar uw eindbestemming, doorheen reist. Waar u ook naartoe gaat: vergeet niet uw dier onderweg voldoende te voorzien van vers drinkwater!
De meest voorkomende ziekten: Elk land heeft niet alleen andere regels waaraan huisdieren (op doorreis) moeten voldoen, er heersen ook andere ziekten. Het is verstandig u vooraf te realiseren wat deze ziekten zijn, hoe ze zich verspreiden, wat de symptomen zijn en hoe u besmetting kunt voorkomen. Hieronder beschrijven we de meest voorkomende ziekten.
Teken:
Doe de hond een goede tekenhalsband om of behandel uw hond of kat met tekendodende spray of spot-on ampullen in de nek. Controleer het dier dagelijks op teken en verwijder ze door voorzichtig te draaien met duim en wijsvinger of met een tekenpincet of tekentang. Gebruik hierbij geen alcohol, want hierdoor trekt de teek samen en zo komen nog meer parasieten in het lichaam van de hond of kat terecht. U kunt uw hond tegen babesiosis laten inenten. Gebeurt dit voor het eerst, dan moet u de enting na drie weken laten herhalen. De bescherming is nooit helemaal volledig, maar de ziekteverschijnselen zullen minder heftig zijn.
Hondsdolheid (Rabiës):
Voor u met uw hond of kat de grens overgaat, moet u het dier laten inenten tegen hondsdolheid (rabiës). Hondsdolheid komt buiten onze landsgrenzen voor en uw huisdier kan besmet raken door een beet van in het wild levende dieren. Als uw hond of kat besmet is, kan het agressief worden en via een beet of krab weer andere dieren of zelfs mensen besmetten. Vrijwel voor elk land geldt dat het dier minimaal 30 dagen voor grenspassage moet zijn ingeënt tegen rabiës. Bovendien mag het niet langer dan een jaar geleden zijn dat de enting is gegeven, tenzij de nieuwe entstof van Intervet gegeven is. Die geeft een geregistreerde bescherming van 3 jaar.
Babesiosis:
Babesiosis is een ziekte die wordt overgebracht door tekensoorten die niet goed kunnen leven in landen met een gematigd klimaat zoals Nederland, maar wel in (sub)tropische gebieden (landen rond de Middellandse Zee maar zelfs ook in midden Frankrijk). Babesia is een parasiet die door een tekenbeet in de bloedbaan terecht kan komen. Daar vermenigvuldigt hij zich in de rode bloedlichaampjes waardoor deze kapot gaan. Hierdoor kan bloedarmoede, lusteloosheid en geelzucht ontstaan. Ook is er kans op beschadiging van lever en nieren. Als uw hond geïnfecteerd is, treedt de ziekte meestal plotseling op. Het dier heeft koorts en plast bruinrode urine. Als u deze eerste verschijnselen constateert, ga dan direct naar een plaatselijke dierenarts. Deze is vast en zeker bekend met de ziekte en door een vroegtijdige behandeling is de kans op herstel het grootst.
Zelf kunt u ook een aantal maatregelen nemen om babesiosis te voorkomen.
Leishmaniasis:
Leishmaniasis is een ziekte die wordt overgebracht door zogenaamde 'zandvliegjes'; vliegjes van 2-3 mm groot die, ondanks de naam, niets met zand te maken hebben. De vliegjes brengen met hun beten de parasiet over van hond op hond. De ziekte komt voor rond de Middellandse Zee (dus ook in Zuid-Frankrijk). Zandvliegjes zijn pas in de avond en nacht actief. Niet op de stranden, zoals de naam doet vermoeden, maar vooral in de bewoonde wereld met veel begroeiing, zoals tuinen en parken. De ziekte kan zich tussen drie en achttien maanden na de beet openbaren, maar dit kan in een enkel geval ook pas na jaren zijn. Eerst vallen de haren uit rond de ogen en de bek en later kunnen zweren ontstaan op kop en poten (vooral daar waar regelmatig contact met de grond is). Verder veranderen de nagels van vorm.
De dieren zijn mager en lusteloos, maar blijven over het algemeen eten. Om de diagnose definitief te kunnen stellen is een bloedtest nodig of onderzoek van materiaal uit het beenmerg of een lymfeklier. De behandeling bestaat uit een lange reeks van injecties met een speciaal geneesmiddel tegen Leishmaniasis. De ziekte kan later desondanks toch weer terugkomen.
U kunt uw hond niet vooraf laten behandelen tegen Leishmaniasis. Het voorkomen van een besmetting is ook lastig omdat de zandvliegjes zo klein zijn dat ze horrengaas kunnen passeren. Daarom raden we u aan uw hond niet mee te nemen naar gebieden waar deze ziekte voorkomt. En neem ook geen hond uit één van deze gebieden mee naar Nederland. Hoe gezond hij ook lijkt! De meeste honden zijn besmet en hebben een natuurlijke weerstand tegen de ziekte opgebouwd. Wat niet wil zeggen dat ze later niet alsnog ziek kunnen worden.
Ook mensen kunnen met Leishmaniasis besmet raken. Vooral mensen die een (nog) slecht werkend immuunsysteem hebben, zoals babys en AIDS-patiënten.
Vossenlintworm (Echinococcus):
De vossenlintworm is zeer gevaarlijk voor de mens. De worm komt in grote delen van Europa voor en is inmiddels ook in Nederland bij vossen (en zwerfhonden) aangetroffen. Kleine knaagdieren eten de eitjes die door de vos zijn uitgescheiden. Vossen infecteren zich door vervolgens weer de besmette knaagdieren op te eten. Een mens kan zich besmetten door het contact met vossen-uitwerpselen, door eitjes uit gronddeeltjes of door het eten van wilde bosvruchten of zelf geplukte bospaddestoelen waarop deze eitjes kunnen zitten. Eet deze alleen na grondig wassen. Bij de mens ontwikkelt zich vanuit het ei een larve die gestaag uitgroeit tot een zogenaamde blaasworm, een soort vochtblaas. Meestal bevindt deze zich in de lever, maar soms ook elders in het lichaam. Het grootste pro-bleem vormt het feit dat uit deze vochtblazen na verloop van tijd nieuwe blaaswormpjes ontstaan, die elders in het lichaam uitgroeien.
Honden die contact hebben met vossenontlasting kunnen drager worden van de vossenlintworm. Ze hebben daar zelf geen last van, maar kunnen wel eitjes uitscheiden die besmettelijk zijn voor de mens.
Vermijd daarom het contact tussen uw hond en een vos of zijn uitwerpselen en behandel honden die toch risico lopen regelmatig tegen lintworm. Raak om deze reden een (dode) vos nooit aan.
Het voorkomen van de ziekte bij uw huisdier kan het beste door uw hond of kat zijn eigen voer van thuis te geven. Het kan namelijk zijn dat vlees van buitenlandse landbouwhuisdieren en wild met de blaasworm besmet is.
Andere gevaren:
In sommige landen komen dieren voor die door hun beet of steek erg gevaarlijk kunnen zijn. Denk bijvoorbeeld aan slangen en schorpioenen. Een minder gevaarlijk, maar wel erg vervelend voorbeeld is de processierups. Deze rups komt niet alleen elders in Europa voor, maar is ook in Limburg aangetroffen. Processierupsen trekken in een lange rij voort over de grond. De haartjes op hun rug hebben een gifpunt die ze weg kunnen schieten. Snuffelende honden die door de gifpunten geraakt worden, kunnen nare ontstekingen aan bek, neus en ogen overhouden. Houd uw hond daarom in onbekende gebieden aan de lijn en informeer welke gevaarlijke dieren er voorkomen.
In zuidelijke landen kunnen huisdieren ook slachtoffer worden van hartworm. Dit is preventief te behandelen.
Alles nog eens op een rijtje:
Informeer tijdig waaraan u en uw hond of kat moeten voldoen in het land van bestemming en de landen waar u doorheen reist. Neem de juiste papieren mee als bewijs dat uw hond/kat voldoet aan de eisen door het land gesteld. Neem voor de reis voldoende drinkwater voor uw dier mee. Zorg dat uw huisdier minimaal 30 dagen van te voren is ingeënt tegen hondsdolheid. Zorg voor een goede tekenpreventie. Neem eigen voer mee voor de periode dat uw dier in het buitenland verblijft. Informeer welke gevaarlijke dieren voorkomen in het gebied waar u verblijft. Eet in het buitenland liever geen zelfgeplukte ongewassen bosvruchten en paddestoelen.