Vier tips voor gezonde pups

honden encyclopedie > Vier tips voor gezonde pups

door honden page profiel ToshiToshi

Vier tips voor gezonde pups

Vier tips voor gezonde pups!

Wilt u uw pup de beste kansen geven op een lang en gezond bestaan? Geef hem dan niet alleen een kwaliteitsvolle voeding maar ook de noodzakelijke zorg!

1. Kwaliteitsvolle voeding
Om uw kleine nieuwe vriend zo gezond mogelijk te maken, dan moet u hem een kwaliteitsvolle voeding
geven in de vorm van kroketten die aangepast zijn aan zijn ras en zijn groei. Hondjes van een klein ras
(1-10 kg) hebben een snelle groei die stopt op de leeftijd van acht à tien maanden. Pups van een
middenras (10-25 kg) bereiken hun maximale groei op twaalf maanden en honden van een groot
hondenras groeien tot de leeftijd van 18 maanden (25-40 kg) tot 24 maanden voor rassen die nog
groter worden (meer dan 40kg). Na zijn groeiperiode mag uw hond voeding voor volwassen honden krijgen.
Om zijn spijsvertering te bevorderen, wordt aangeraden om de dagvoeding van uw pup te
verdelen over drie maaltijden.


2. Parasieten bestrijden
Heel wat pups kampen met parasieten, en meer bepaald met darmwormpjes. Elk hondje moet
na de leeftijd van twee weken tot de leeftijd van zes maanden regelmatig behandeld worden met een
wormbestrijdend middel. Bij volwassen honden moet de behandeling twee à vier keer per jaar
aangehouden worden. De frequentie van de behandeling hangt af van de leefwijze van de hond en van
het product. Om komaf te maken met luizen en teken of om ze te voorkomen, kan men de huid
behandelen met een speciaal pipet. En als uw kleine viervoeter met schurftmijten zit kan uw dierenarts
een geschikt geneesmiddel voorschrijven.


3. Infecties voorkomen met vaccins
Naast een geschikte voeding en wormwerende behandelingen, moet de pup zijn eerste
vaccins krijgen vanaf de leeftijd van acht à negen weken. Vaccins bieden bescherming tegen de ziekte
van Carré, besmettelijke hepatitis, parvovirose en leptospirose of rattenziekte. In bepaalde risicovolle
omstandigheden kan de pup al vanaf de leeftijd van vijf weken gevaccineerd worden tegen de
ziekte van Carré en parvovirose.
Indien noodzakelijk kunnen nog meer vaccins toegediend worden zoals die tegen kennelhoest,
piroplasmose en borreliose (de ziekte van Lyme). Honden die mee op reis gaan of naar het buitenland
verhuizen moeten in risicogebieden beschermd worden tegen hondsdolheid.


4. Hygiëne voor puppies
Om zorg later te vergemakkelijken, is het belangrijk dat u uw pup zo vroeg mogelijk laat
wennen aan verzorging en hygiëne. Zo kunt u hem laten kennismaken met de douche (lauw water,
zwakke waterstraal) en shampoo (producten voor honden). Daarbij mag u niet vergeten dat een hond
niet te vaak gewassen mag worden (gemiddeld één à zes keer per jaar). Een hond moet ook regelmatig
geborsteld worden, vooral honden met halflang en lang haar. En hondjes van kleine hondenrassen
hebben doorgaans meer last van tandplaque. U kunt ze maar beter laten wennen aan het
tandenpoetsen wanneer ze nog jong zijn. Indien nodig moet u uw pup laten wennen aan het
knippen van zijn nagels en het schoonmaken van ogen en oren met producten die daarvoor gemaakt
zijn.

 

^